Sphynx

Rasbeschrijving van de Sphynx

Rasstandaard op FIFe website in Engels, Duits en Frans

In de jaren 60 en 70 werden er in Canada een aantal haarloze katten gevonden. Met de katten die in 1966 werden gevonden is ook gefokt. Zij werden toen Canadian Hairless genoemd. Het gen voor haarloosheid bij deze katten bleek recessief te vererven.
In 1975 werden er in Wadena, Amerika twee haarloze katten geboren. De poes Jezebel kreeg twee kale kittens: Dermis en Epidermis.
In 1976, 1977 en 1978 werden er weer haarloze katten geboren in Toronto. Bij een normaal behaarde zwart/witte poes werden in verschillende nesten, drie haarloze kittens geboren. Eerst de kater Bambie en in twee latere nesten twee poezen. Deze poezen Paloma en Punkie gingen naar de Nederlander Hugo Hernandez, hij had al haarloze katten uit de eerdere Canadian Hairless lijn. Dekkingen van deze poezen door een kater uit de eerdere lijnen mislukten. De kater is toen gecastreerd.
Ook met de andere katten uit de eerdere lijnen mislukte het fokken. Punkie werd in 1982 gedekt door de witte Devon Rex kater, Curare van Jetrophin. Uit deze combinatie werden tot ieders grote verassing alleen haarloze kittens geboren.
Wanneer een Sphynx wordt gepaard aan een normaal behaarde kat, dan zijn alle kittens normaal behaard. Normaal haar vererft dominant ten opzichte van het Sphynx gen en nu bleek dat het Sphynx gen dominant vererft ten opzichte van het Devon Rex gen.
De eerste fokkers in Nederland hebben steeds met Devon Rexen gekruist, met deze katten is het huidige Sphynx bestand opgebouwd. Nakomelingen van deze katten gingen weer naar Amerika en ook daar is men weer met Devon rexen gaan kruisen.
De Canadees/Nederlandse lijnen zijn later in Amerika weer gekruist met afstammelingen van de poes Jezebel.
Men heeft ook andere katten als uitkruis partner gebruikt, zoals American Shorthair en huiskatten, om de genenpoel uit te breiden. Daaruit worden eerst normaal behaarde kittens geboren, dus de weg is dan iets langer dan wanneer er Devons gebruikt worden.
Doordat alle Sphynxen afstammen van Devon Rexen, dragen velen ook nog steeds de (recessieve) Devon rex genen met zich mee. Het is dan ook niet vreemd als er in een nest van twee kale ouders, plotseling een gekruld kitten opduikt. Hoewel Felikat aan de wieg stond van de Sphynx fok, waren de Sphynxen bij ons heel lang niet erkend. Pas in 2003, 20 jaar nadat de eerste Sphynx kittens in Nederland werden geboren, werd er door Mundikat een succesvolle Sphynx-erkenningsshow georganiseerd en daarna werd de Sphynx door de Fife erkend.

De Sphynx ziet er naakt uit, maar toch is hij niet compleet haarloos. De huid van een Sphynx is bedekt met zeer korte donshaartjes. Wanneer je hem aait, voelt hij aan als een perzik. Op de oren, de snuit, de voeten en de staart (bij katers ook de balzak) mogen de donshaartjes iets langer zijn. Een Sphynx moet geregeld gewassen worden, omdat anders het huidsmeer zich gaat ophopen en de kat gaat ‘afgeven’



Mexican hairless

Haarloze katten kwamen enkele eeuwen geleden al voor in Zuid Amerika. Er wordt melding gemaakt van haarloze katten in Paraguay in 1830.
In 1902 kreeg een Amerikaans echtpaar in New Mexico twee haarloze katten van de Pueblo Indianen. Dit waren een broer en zus, Dick en Nellie. Er was hun verteld dat dit de laatste twee waren van een oud Azteeks ras. Hoewel deze twee katten niet naar buiten mochten, was Dick nogal slim en brutaal en ontsnapte wel eens.
Op een nacht toen hij weer uitgebroken was, werd hij gedood door honden uit de buurt. Met Nellie is nooit gefokt. Na de dood van Dick is er nog lang gezocht naar een ander haarloos katertje, maar dit is niet gelukt. Dick en Nellie werden omschreven als zeer intelligent, sociaal en aanhankelijk. Dick en Nellie hadden normale lange snorharen en in de winter groeide er wat haar op hun rug en staart.

Don Sphynx & Peterbald

De eerste Russische haarloze kat werd gevonden in 1987 in Rostov-on-don. Zij zwierf op straat en werd meegenomen door een katten fokster. In eerste instantie zag ze er uit als een normale kat. Het was na vier maanden dat de kat langzaam het haar begon te verliezen. Zij dacht dat de kat een huidziekte had. Maar geen enkele behandeling sloeg aan en de kat was op een gegeven moment helemaal kaal.
De poes werd Varya genoemd en toen zij volwassen was, kreeg zij een nestje. Zij was gedekt door een onverwante huiskat, met een normale vacht, maar een aantal van de kittens waren, net als hun moeder, haarloos.
Het was toen inmiddels duidelijk geworden dat Varya absoluut niet ziek was, maar kaal door een mutatie. Aangezien een aantal van haar kittens ook kaal waren moest het een dominant verervend gen zijn, die de haarloosheid veroorzaakte.
Bij de opbouw van het ras is veel gebruik gemaakt van de Europees Korthaar of huiskat als uitkruis partner.
Andere benamingen voor de Don Sphynx zijn: Don Hairless, Donskoy of Russian Hairless.
In 1993 werden voor het eerst Don Sphynxen gekruist met Oosters korthaar en Siamezen. Het meer Oosterse type dat daaruit voort kwam werd populair onder de fokkers uit St. Petersburg.
Met deze katten is men een nieuwe variëteit gaan fokken, waaraan de naam Peterbald is gegeven.  
De Don Sphynx en de Peterbald hebben soms op jeugdige leeftijd haar op de staart, snuit en oren. In de winter kan het hele lichaam bedekt zijn met fijn donshaar. De kittens worden soms geboren met een rex vacht. Deze vacht verdwijnt weer als de kat tussen de twee maanden en twee jaar oud is. Sommige katten behouden deze vacht en worden ‘brush’ genoemd. De snorharen zijn lang en gekruld. Homozygote Don Sphynx kittens worden kaal geboren en hebben meestal geen snorharen.
De Don Sphynx en de Peterbald hebben in 2007 een voorlopige erkenning gekregen bij de Fife. Sphynxen en Don Sphynxen mogen logischerwijs niet met elkaar gekruist worden, daar het om verschillende mutaties gaat, die verschillend vererven.